Menu

Leven lang leren

De maatschappelijke, sociale en technologische ontwikkelingen volgen elkaar in hoog tempo op, het is daarom van groot belang dat organisaties en medewerkers zich kunnen aanpassen om optimaal te kunnen blijven presteren. Het werk waar iemand op zijn achttiende jaar van droomde bestaat misschien op zijn dertigste niet meer. Daarnaast voorspelt het Centraal Plan Bureau dat de “verkrapping” van de arbeidsmarkt verder zal doorzetten. De structurele oorzaak hiervan ligt in de vergrijzing en ontgroening van de Nederlandse bevolking. Iedere werkende zal moeten bijblijven in het eigen beroep of anders bereid zijn zich om- of bij te scholen. Om deze maatregelen te stimuleren heeft de Europese Unie een “Leven Lang Leren” ontwikkeld. Wat weet je al over de nieuw ingevoerde mogelijkheden waarmee de overheid een leven lang leren wil stimuleren?

leven-lang-leren-blog-erica-dajc

Voor wie is dit bestemd?

Het uitgangspunt voor deze maatregelen zijn jongeren en volwassenen die leren en werken willen combineren om duurzaam inzetbaar te zijn en blijven. De mogelijkheid van een ontwikkeladvies wordt geboden voor 25.000 werkenden van 45 jaar en ouder, om zo een beeld te krijgen van hun mogelijkheden op de arbeidsmarkt. Dit ontwikkeladvies is één van de maatregelen uit het Actieplan voor perspectief vijftigplus en spitst zich toe op zeven geselecteerde beroepsgroepen zoals bijvoorbeeld catering-, verkoop- en secretarieel werk.

Verder komt iedereen tot 55 jaar in aanmerking voor studiefinanciering en is er voor jongeren een startersbeursregeling waarbij zij maximaal 6 maanden een vergoeding van € 500,- per maand krijgen om aan de slag te gaan op een leerwerkplek. Werkgevers ontvangen een bijdrage van de gemeente voor de begeleidingskosten.

Hoe werk en leren combineren?

Het combineren van leren en werken vormt nogal eens een uitdaging op het organisatorische vlak en is soms zelfs niet te combineren, ook hiervoor zijn maatregelen getroffen om een leven lang leren mogelijk te maken. De zogenaamde pilot flexibilisering maakt het voor hogescholen mogelijk hun reguliere onderwijsprogramma los te laten en maatwerk te bieden. De pilot flexibilisering bestaat uit drie experimenten:

Experiment leeruitkomst
Met de student wordt een onderwijsovereenkomst afgesloten waarin staat welke leeruitkomst gerealiseerd moet worden. Hoe tot een dergelijke uitkomst te komen is in grote mate afhankelijk van de keuzes van de student zelf.

Experiment accreditatie onvolledige opleidingen
Hogescholen die niet door de overheid gefinancierd worden, mogen in dit experiment het laatste gedeelte van de benodigde studiepunten voor een bachelor opleiding verzorgen.

Experiment educatieve minor
Mensen die niet meer ingeschreven zijn voor een bachelor opleiding kunnen in dit experiment een educatieve minor volgen om zodoende een beperkte onderwijsbevoegdheid te behalen.

Voordelen van deze pilot en experimenten moet vooral zitten in meer zeggenschap en regie voor de student, kortere studieduur omdat relevante kennis en ervaring gevalideerd wordt in studiepunten, betere aansluiting tussen opleiding en werk en daardoor goedkoper voor de werkgever.

Waarom starten we niet?

Kosten noch moeite worden blijkbaar gespaard om ervoor te zorgen dat mensen zich blijven ontwikkelen, maar de noodzaak wordt nog niet door iedereen gevoeld. Ontwikkeling en training worden nog te vaak naar de achtergrond geschoven vanwege tijdsinvestering, planningsprobleem, noodzaak wordt niet ervaren, begeleiding op de werkvloer niet kunnen bieden enz. Bij elk punt vóór opleiding en ontwikkelen is een tegenargument te bedenken. Het is natuurlijk een vorm van goed werkgeverschap om de medewerkers te helpen leren en ontwikkelen, het biedt medewerkers uitdagingen die ze nodig hebben en het komt de kwaliteit van de organisatie ten goede evenals de concurrentiepositie. 

Deze blog is geschreven door Erica Blaak